IJsland leent zich uitstekend voor een self-drive. We bezochten het land in maart. Omdat IJsland lange winters kent, ligt een bezoek aan zuidkust in deze tijd van het jaar voor de hand. Hier zijn de omstandigheden over het algemeen minder extreem, zodat het prima zelf te berijden is.
Uiteraard geldt nog steeds: IJsland blijft IJsland en niets is daar zo veranderlijk als het weer. Lees onze route en praktische tips voor je roadtrip langs zuid IJsland.
Tien dagen is relatief kort. Zeker voor een bezoek aan (wat ons betreft) een heel bijzonder land. Om die reden hebben wij Reykjavik vooral gebruikt om voorraden in te slaan voor onderweg en om lekker te genieten in één van de vele restaurants. Eens iets anders eten dan fish & chips? Bij Himalayan Spice waan je je zomaar in Nepal. Heerlijk eten voor een eerlijke prijs.
100 kilometer rijden
De huurauto volgeladen zetten we koers richting de Golden Circle. Verreweg het drukst bezochte deel van IJsland. We kozen de route die ten noorden van Þingvallavatn loopt; IJslands grootste natuurlijke meer. Het meer is onderdeel van het Nationale Park Þingvellir. Hier is de breuklijn tussen twee tektonische platen aan het aardoppervlak te zien als een soort kam die uit de grond steekt.
Het gebied leent zich uitstekend voor wat kortere wandelingen, bijv. naar de waterval Öxarárfoss (die vlakbij P2 ligt). Ga zeker ook even naar het visitor centre (P1), al is het maar om van bovenop de basaltrotsen te genieten van de mooie reflecties in het water. Dit kan prima te voet.
In de loop van de middag zetten we verder koers naar Geysir. We stoppen nog even bij Laugarvatn, waar ze brood maken in de grond. En dan merk je dat je aarde letterlijk tot leven komt. De regelmatig spuitende Strokkur geiser, bij onze eindbestemming van vandaag, is daar een volgend bewijs van.
Tip: loop nadat je de geiser van dichtbij hebt gezien naar de top van de heuvel die erachter ligt. Daar is het over het algemeen minder druk en zo heb je fraai uitzicht van boven over het gebied. Ook bij bewolkt weer krijg je zo een nog beter zicht op de omvang van de spuitende geiser, omdat deze beter afsteekt tegen het veelkleurige landschap dan tegen de gelijk gekleurde lucht.
We logeren in het gelijknamige hotel Geysir, waar men uitsluitend gebruik maakt van met groene en hernieuwbare energiebronnen, zoals een groene waterkrachtcentrale.
Als er één tip is die in feite geldt voor heel IJsland: vroeg uit de veren! Als je grote mensenmassa’s wil vermijden en in alle rust wilt genieten van de wonderen van de natuur, zorg er dan voor dat je bij zonsopkomst ter plaatse bent.
Dat is wat wij vandaag ook deden. Al vóór het ontbijt reden we naar de Gullfoss waterval (op een kleine 10 minuten rijden vanaf hotel Geysir). Bij aankomst was er inderdaad niemand. Missie geslaagd!
Daarna gingen wij enkele lokale boeren bezoeken: bij zuivelboerderij Efstidalur kozen we voor het zelfgemaakte ijs van de eigen koeien. Daarna reden we iets verder door richting Reykholt naar de tomatenboerderij Fridheimar voor een (uiteraard) tomatenlunch. Zowel het restaurant als de wijnbar bevinden zich in een van de kassen, wat de smaakbeleving zeker ten goede komt.
Fridheimar maakt volledig gebruik van groene energie, waaronder heet water dat wordt opgepompt en dat dient voor de verwarming van de kassen. Op de terugweg stoppen we bij de Braurfoss waterval. Laat je verrassen door het blauwgekleurde water.
120 kilometer rijden
We zetten koers richting zuidkust. Wat natuurlijk opvalt, zijn de IJslandse paarden. Je moet je best doen om ze niet overal op de foto te willen zetten, want ze staan er prachtig bij.
We logeren bij boutique hotel Anna, dat in een soort mini dorpje aan de voet van de bergen ligt. Tip: ga lekker lunchen bij de buren, Skalakot hotel. De zelfgemaakte goulashsoep is hemels. Wandel vanaf het nabij gelegen kerkje omhoog om een fraai uitzicht op het bergmassief en de oceaan te krijgen (trek 1 a 2 uur uit).
Een meer uitdagende wandeling gaat naar de Midskalagil Canyon waterval. Het beginpunt van de route is wat lastig te vinden; met je rug naar de kerk loop je over het erf van de voormalige boerderij tot aan de rivier. Wil je deze route niet helemaal lopen, is het wel mooi om even over de brug en vervolgens een stukje omhoog te lopen. Dat geeft je al een fraai zicht op de canyon. Vlakbij ligt ook de Arjanurfoss: in tegenstelling tot ‘grote’ watervallen in de buurt, heb je deze waarschijnlijk volledig voor jezelf.
Aan de zuidkust bevinden zich diverse beroemde watervallen. Wij kozen voor de Seljalandfoss. Wederom vóór het ontbijt. In plaats van een druk bezette parking was er welgeteld één andere bezoeker. Alle rust om te genieten hier.
Tip: zet je camera op statief en neem een iets langere sluitertijd. De waterval wordt dan opeens mooi ‘zacht’. Het is ook mogelijk om achter de waterval door te lopen; houd rekening met een nat pak! Als je dan toch nat bent, ga dan gelijk naar de ‘kloofrivierwaterval’, zo`n 10 minuutjes lopen vanaf de parking. Deze dendert in een grot naar beneden. Absoluut een intense ervaring.
250 kilometer
We rijden naar onze meest oostelijke bestemming: Glacier Lagoon hotel nabij het Jökulsarlon meer. Het hotel straalt – ondanks zijn grootte – een bepaalde rust uit, mede ook door het fraaie ontwerp. Je kunt er heerlijk genieten van de wellness, met als toetje de machtige Vatnajökull gletsjer die in het zwemmeertje reflecteert.
Uiteraard bezoeken we Jökulsarlon. Zorg ervoor dat je er iets voor zonsondergang bent. Je zult er geen spijt van hebben. Wij hebben geluk dat de bewolking van de dagen ervoor heeft plaatsgemaakt voor zon. Dat betekent in de nachten kans op noorderlicht.
Rijd terug richting het Jökulsarlon meer, maar parkeer je auto op de alternatieve parkeerplaats die ca. 2 km. ten westen van het meer ligt. Loop vervolgens gewapend met je zaklamp richting het meer. Je hebt daar – in tegenstelling tot bij de hoofdparking van Jökulsarlon – geen last van verstoring door het licht van andere auto’s. Bovendien kun je er gratis parkeren, iets dat in IJsland sowieso meer uitzondering dan regel is.
IJsland is voor meer dan 10% bedekt met gletsjers. Hierin vormen zich natuurlijke grotten. Wij bezoeken er vandaag eentje in de Vatnajökull gletsjer. Mede door het meters dikke ijs heeft het ijs een fraaie blauwachtige tint.
Houd er rekening mee dat een bezoek strak gereguleerd is en het behoorlijk druk is in de grot: groep in groep uit. Desondanks is dit een sterk staaltje natuur. Tip: neem je statief mee, als je foto’s wilt maken. Door het beperkte licht, wil je een lange sluitertijd kunnen gebruiken.
200 kilometer
De rit van Jökulsarlon naar Vik is prachtig. Het landschap is erg afwisselend, met zeker in het begin gletsjers die het beeld domineren. Vik zelf staat bekend om zijn zwarte stranden, waarvan Reynisfjara verreweg het bekendst is. En dat is niet voor niets: gigantische basaltzuilen torenen uit boven het strand. Ook in de oceaan staan meerdere rotsformaties.
Bezoek het strand bij voorkeur in de vroege ochtend en bij eb. De opkomende zon geeft het strand een gouden gloed en de witte schuimkragen van de binnenstormende golven steken mooi af bij het zwarte zand. Overal zie je waarschuwingsborden in verband met de uiterst gevaarlijke golven. Die zijn er niet voor niets! Om je na afloop op te warmen, is het aan te bevelen om een kop lava soep (geserveerd in een zwart brood) te gaan eten bij The Soup Company.
In de buurt van Vik zijn er meerdere hoge kliffen, die je kunt beklimmen. Wij maken de Reynisfjall Sea Cliffs wandeling. Je kunt je auto in het dorpje parkeren (bijvoorbeeld vlakbij de Soup Company). Het wandelpad naar boven is van een afstandje al te zien. Het eerste deel is steil, daarna loopt het pad al glooiend over de klif.
Er zijn kleine paaltjes geplaatst die de route aangeven. Maar let op: niet overal zijn ze even goed zichtbaar. Zodra je boven bent en door het hek loopt, gaat het pad meteen links langs de rand van de klif. Die hadden wij in eerste instantie gemist. De route is zo’n 8 km lang; reken zeker op 3 uur wandelen als je ook af en toe wil genieten van het uitzicht.
225 kilometer
Op weg terug naar het vliegveld heb je meerdere mogelijkheden om te stoppen. Wij besluiten om bij de Skogafoss waterval te stoppen en ook nog een klein stukje stroomopwaarts te lopen, waar nog meer watervallen te vinden zijn. We lunchen in Selfoss bij The Old Dairy Foodhall; van Skyr tot Aziatisch tot pizza: hier is voor elk wat wils.
Wil je zonder veel extra gedoe en reizen je auto droppen, kies dan voor het Aurora hotel. Dit is het enige hotel op loopafstand van de drop off én de vertrekhal.
Als koppel reizen we al méér dan 20 jaar samen over de wereld. Bij voorkeur ongerepte natuur, ver weg van de meute, wandelend en veelal met onze geliefde camera binnen handbereik. Zowel dichtbij huis in het Zuid-Limburgse heuvellandschap als op de meest afgelegen plekjes op aarde proberen we zo de eigenheid van bijzondere gebieden en mensen vast te leggen.
West Noorwegen: Ålesund, fjorden en verrassende kust Vaak willen we bij een rondreis door Noorwegen zoveel mogelijk meepakken. En dat is zonde. West Noorwegen langs de kust bij Ålesund is daarom beetje een vergeten gebied, omdat het niet aan de 'standaard'...
Monte Amiata, roadtrip langs verborgen parel in Toscane Monte Amiata is een wat minder bekend en bergachtig gebied in Toscane, maar zó de moeite waard. Het is heel vruchtbaar gebied op een uitgedoofde vulkaan. Op de top van de berg ben je op zo’n 1.740 meter...
Mooiste plekken Sardinië, van turquoise blauwe zee tot ruige natuur Sardinië heeft prachtige, soms nog ruige, natuur én vele mooie stranden met helderblauwe zee. Het is de ideale bestemming voor natuurliefhebbers en rustzoekers. Wij maakten meerdere...
Laat je inspireren
Ben je op zoek naar de mooiste wandel- en fietsroutes? Of wil je informatie over reizen met de trein of advies voor de mooiste roadtrips door de natuur. Laat je inspireren voor je volgende reis in het groen; ideeën om je eigen reis te plannen of te kiezen voor een georganiseerde reis.
